Het wassende water
NCRV herhaalt succesvolle tv-serie uit 1986
De tijd van Herman de Man is voorbij, maar in de televisieserie Het
wassende water leeft de naam van de vooroorlogse schrijver nog voort.
Vanaf deze week herhaalt de NCRV dit oer-Hollandse drama. ‘We wilden
iets moois maken - en dat is, geloof ik, gelukt’, zegt hoofdrolspeler
Thom Hoffman. 
Herman de Man? De dames achter de balie van de VVV in Oudewater worden
niet koud of heet als zijn naam valt. Ze kennen De Man, dat zeker. Maar
welke bezoeker vraagt nu nog naar deze vooroorlogse schrijver van
streekromans? Hoeveel toeristen zitten nog te wachten op een literaire
wandeling door het Zuid-Hollandse stadje waar hij een aantal jaren
woonde? Niet veel, blijkens de vergeelde stenciltjes in het schap.
“Herman de Man, dat is toch iets van vorige generaties”, zo klinkt het.
Niet voor niets is anderhalf jaar geleden de vereniging met zijn naam
opgeheven. De meeste boeken van De Man zijn alleen nog in bibliotheek
of antiquariaat te vinden. Alleen De barre winter van negentig kan de
boekhandel nog bestellen. Het wassende water, toch zijn beroemdste
boek, is vooralsnog bij de 29e druk blijven steken.
LEVEN VOL TRAGIEK
Tegenover de Heksenwaag, verscholen achter marktkraampjes,
staat het monument ter ere van de schrijver (1898-1946). Het is een
bronzen beeldengroep van ouders en drie kinderen op een bankje, zomaar
een boerengezin. Het beeld staat voor de mensen die De Man in zijn
boeken portretteerde. Hij was ‘een zoeker naar het hart van mensen die
in het hart van Holland leven’.
Die zoeker vond na een heftig leven vol tragiek – zijn vrouw en vier
van zijn kinderen werden vergast in Auschwitz, zelf kwam hij om bij een
vliegtuigongeval – ook zijn graf in Oudewater. De harkende medewerker
van de rooms-katholieke begraafplaats weet niet precies waar de
schrijver ligt, maar meldt wel dat het graf ‘best een opvallend ding’
is. Na enig zoeken blijkt De Man in graf B.12 te liggen, wachtend tot
‘we met onze lieve moeder, broertjes en zusjes samen verenigd zullen
zijn in het hemelse Jerusalem’.
Herman de Man was van joodse komaf. Zijn eigenlijke naam was Salomon
Herman Hamburger. In zijn jonge jaren koesterde hij antimilitaristische
en anarchistische sympathieën, die hij twee keer met gevangenisstraf
moest bekopen. In 1927 werd hij rooms-katholiek, maar de band met het
jodendom bleef. “Ik ben een jood”, schreef hij in 1933. “Nimmer ben ik
mij dat wezenlijker bewust geweest dan sinds God mij de genade van het
Doopsel deed deelachtig worden.”
HOLLANDSE POLDERSFEER
Door zijn achtergrond was De Man in de calvinistische Lopikerwaard,
waar veel van zijn boeken zich afspelen, een buitenstaander. Vanuit die
positie legde hij een wereld vast die inmiddels grotendeels verdwenen
is. Hij schetste volgens zijn biograaf Gé Vaartjes ‘de karakteristieke
Hollandse poldersfeer met zijn verbeten, sombere calvinistische
bewoners. De stugge boeren, die zich bewust zijn van hun zonden en zich
iedere levensvreugde willen ontzeggen. Hun zonen, die in strijd
gewikkeld zijn met hun lagere instincten.’ 
In Het wassende water is de drukkende, calvinistische sfeer gekoppeld
aan een ander oer-Hollands thema: de eeuwige strijd tegen het water.
Het boek met zijn lange zinnen vol dialect mag dan nauwelijks meer
gelezen worden, de inhoud ervan leeft voort in de televisieserie die de
NCRV in 1986 uitzond. Ruim zes miljoen kijkers keken daar destijds
geboeid naar.
Het succes zal met die Hollandse thematiek te maken hebben, maar niet
minder met de kwaliteit van de serie, waarin een jonge Thom Hoffman een
van de hoofdrollen speelt. “We wilden echt iets heel moois maken, op
film, met prachtige dialogen”, zei hij onlangs in het
NCRV-radioprogramma Plein 5.
“Het ging de NCRV niet om scoren, zoals tegenwoordig vaak het geval is
op televisie. Het ging gewoon om iets moois – en dat is, geloof ik,
gelukt.”
BIJBELTEKSTEN OP DE LOER
Thom Hoffman speelt in de serie Gieljan Beijen, ‘een heel lastige
oudste zoon die voorbestemd is om zijn vader op te volgen als
heemraad’. Een opstandige jongen, die het aan de stok heeft met zijn
moeder, zijn broer en de rest van zijn omgeving. “Een van de
hoofdlijnen in het verhaal is de vraag: kan die zoon getemd worden?”
Het verhaal speelt zich af in een wereld waar, zoals dichter Gerrit
Achterberg verwoordde, bijbelteksten op de loer liggen en godsdienst
zwaar tegen de hanenbalken hangt. Het geloof in de God der wrake is er
diepgeworteld. Hij is het die donder, storm en watersnood stuurt, als
straf voor een verdorven mensheid. “Wij kenne weggespoeld worden as
vlooien”, zegt een van de knechten in de eerste aflevering.
Net als Herman de Man worstelt Gieljan Beijen met het geloof in zo’n
harde God. Aan het eind van de serie blijkt waartoe dat leidt. Als zijn
jongere, brave broer Willem (Sjoerd Pleijsier) aan tafel uit het
bijbelboek Openbaringen voorleest en aankondigt dat de laatste dag
aanstaande is – ‘brandend als een oven’ – beaamt hun moeder (Kitty
Courbois) dat met de strenge opmerking: “Het staat er”. Waarop de
oudste zoon boos wegloopt en zegt: “God is liefde, dat staat er ook.”
Maar Het wassende water is meer dan een religieus
conflict, benadrukt Hoffman. Het gaat ook over broedertwist, de botsing
tussen generaties en de strijd tegen de elementen. Het zijn herkenbare,
tijdloze thema’s. “Het wassende water staat ook voor de emoties die bij al die mensen door hun harten gieren.”
PROTESTANTS MACHTSVERTOON
“Ik vond het een zware film”, zegt Jan Kromwijk uit Cabauw.
Hij is eigenaar van de boerderij die in de film wordt gebruikt als
Hoeve Steyn, waar Gieljan en zijn vrouw Aaichie neerstrijken. “Cabauw
is een katholieke gemeenschap; er is hier vrij veel ruimte. Het
protestantse machtsvertoon, de traditie van moeders wil is wet – ja,
dat viel me zwaar.”
Negen maanden had hij ‘filmvolk’ over de vloer. Kromwijk vond het ‘echt
een verrijking’. Met liefde werkte hij mee aan het terugbrengen van
zijn boerderij in de stijl van 1900. Die sfeer heerst er nu nog steeds.
Dat is wel anders bij de boerderij die dienst deed als ‘hoofdboerderij’
Watersnoodt, zegt hij met gevoel voor reclame. Die boerderij bij
Bergambacht ‘is helemaal gerenoveerd en nauwelijks meer herkenbaar’.
In de eerste jaren na uitzending van Het wassende water
reden er geregeld nieuwsgierigen langs de zacht slingerende
Lopikerwetering, maar die tijd is inmiddels wel voorbij. “Al ken ik een
paar gasten die elk jaar nog even langsfietsen.”
Zo heeft ook Theo Pollemans uit Oudewater het tegenwoordig een stuk
rustiger. Sinds de jaren zeventig trok hij, als oprichter van de ter
ziele gegane Vereniging Herman de Man, met dia’s door het land om over
de schrijver te vertellen. “Ik krijg nauwelijks aanvragen meer.
Misschien is De Man toch wat tijdgebonden geweest, al heeft hij het als
vooroorlogse schrijver nog heel lang volgehouden.” Maar wie weet,
klinkt het hoopvol in zijn stem, waar de herhaling van Het wassende
water nog eens toe kan leiden…
Kijk voor meer informatie op de site van Het wassende water
Tekst: Bert van der Kruk
NCRV-Gids 17-23 januari 2009
|